Sinds 1 november 2005 ben ik vertrokken bij de Hogeschool van Amsterdam. FPU heet dat wanneer je, iets meer dan 44 jaar na je eerste werkdag ooit, gaat genieten van wat anderen je ‘welverdiende rust’ noemen.
Voor het overgrote merendeel denk ik met heel veel plezier aan m’n diverse werkkringen in de uitgeverij en later bij de Hogeschool terug. Met name het lesgeven en omgaan met studenten was een vreugdevolle ervaring. Aan al m’n werkkringen heb ik echte vrienden overgehouden.
Het was dan ook een behoorlijke schok om bijna een jaar na m’n vertrek in het Hogeschoolblad Havana een artikel tegen te komen van een smerigheid die ik binnen een redelijk beschaafde organisatie niet voor mogelijk had gehouden.
Oordeel zelf.
Bijna iedereen zal begrijpen waarom dit soort teksten onaanvaardbaar is. Dat zijn ze al in normale omstandigheden, maar in een situatie waarin ook in Nederland de spanning tussen bevolkingsgroepen bepaald niet afneemt kan zoiets dus – denk ik – helemaal niet.
Eigenlijk had ik verwacht dat het bestuur van de Hogeschool na het artikel gelezen te hebben uit zichzelf zou ingrijpen, het artikel zou afkeuren en er zorg voor zou dragen dat ons zoiets niet nog eens zou overkomen.
Toen dat – tot m’n stomme verbazing en ondanks protesten van werknemers – in het volgende nummer van het weekblad nog steeds niet gebeurd was heb ik het bestuur van de Hogeschool een wat wij noemen ‘papieren brief’ geschreven:
Het antwoord luidde: niets, nada, rien, nichts….
Omdat wie zwijgt toestemt zat er daarna niets anders op dan in hemelsnaam Justitie maar in de kwestie te betrekken
Ook hier volgde geen enkele reactie op. Zou Justitie dan echt zo slecht werken als je in de krant wel leest? Dan maar een herinneringsbrief
Eindelijk kwam daar een kattebelletje op terug, ze zouden me op de hoogte houden!
We zijn nu zo’n vier maanden verder. Uiteraard is van Justitie niets meer vernomen, ook niet na een nader verzoek om te willen melden hoe het er mee is. Het bestuur van de hogeschool heeft inmiddels besloten de hoofdredacteur, die voor deze schandalige publicatie verantwoordelijk was, te bevorderen. Zou antisemitisme dan voor deze lieden een aanbeveling zijn? Je moet er toch niet aan denken.
Er zal bij Justitie een klachtenprocedure worden aangespannen vanwege het niet nader informeren en het niets waarneembaars ondernemen met een klacht over zulk verwerpelijk geschrijf.
Ik houd u op de hoogte….
Une Journée Bien Remplie 
maart 20, 2010 om 12:26 am
Getoetst aan de definitie van de Verenigde Naties zijn die uitspraken helemaal niet racistisch. Misschien zijn ze anti-semitisch, afhankelijk van hoe men anti-semitisme definieert. En misschien zijn ze smerig en onaanvaardbaar. Naar goede maatschappelijke gewoonte klutst u het allemaal door elkaar. Graag had ik hier aan toegevoegd dat ik van een voormalig docent wat meer onderscheidingsvermogen en kritische zin had verwacht. Maar dienaangaande koester ik helaas geen illusies meer.
maart 20, 2010 om 12:41 am
Daar hebben we heer Pis weer … M’n medeleven, beste kerel! Misschien smerig en onaanvaardbaar? U twijfelt daaromtrent?
Het openbaar ministerie in Nederland en de rechters denken dat er wel degelijk sprake van racisme is. De enige vraag die nog rest is of het publiceren van dit soort zaken in een column strafbaarheid eventueel uitsluit.